Sacred Sex Academy

Mijn vrouw begeert me niet meer

Mijn vrouw begeert me niet meer - en dat is verdomd frustrerend

Misschien zit je al maanden met het gevoel: mijn vrouw begeert me niet meer. En dat is verdomd frustrerend. Je weet dat ze van je houdt. Maar haar ogen branden niet meer als ze naar je kijkt. Haar lichaam sluit zich als je te dichtbij komt. Ze lijkt je niet meer te wíllen.

En wat dat met je doet - daar praat je misschien niet over. Maar je voelt het in alles. In je rusteloosheid. In je zwijgen. In je lijf dat steeds vaker gespannen is. Je voelt: er is iets wezenlijks weg. En niemand die het ziet.

Begeerd willen worden is geen luxe. Het is geen ego dingetje. Het is een diep, woordloos verlangen om gevoeld te worden in je kracht. In je richting. In je vuur. Begeerd willen worden is een rauw, stil verlangen dat in veel mannen leeft. Niet alleen om seks te hebben, maar om gewild te worden in hun volle aanwezigheid: met vuur, richting, kracht.

In dit artikel verkennen we drie lagen van dit verlangen. Wat er gebeurt als je wél begeerd wordt, maar het niet kunt dragen. Wat er gebeurt als je helemaal niet meer begeerd wordt - en wat dat kan oproepen aan boosheid, onmacht of rouw. En waarom belichaamd vuur de sleutel is - niet tot haar verlangen, maar tot jouw genot.


Ik voel me niet begeerd door mijn vrouw

Misschien voel je dit al maanden. Misschien al jaren. Ze zegt dat ze van je houdt. Maar haar blik raakt je niet meer. Haar hand vindt je niet. Haar lichaam opent zich niet. En jij… zwijgt.

Je probeert begripvol te zijn. Geduldig. Of je trekt je terug.
En ergens in stilte vraag je je af:

"Waarom wil ze me niet meer?"

Begeerd willen worden is niet alleen lust. Het is bestaansrecht. Je wilt gewild worden in je kracht. In je richting. In je rauwheid. Zonder dat je hoeft te pleasen. Zonder dat je jezelf hoeft af te vlakken.

Begeerd worden is: gevoeld worden zonder jezelf aan te passen.

Als dat er niet is, raak je jezelf langzaam kwijt. Niet ineens. Maar stukje bij beetje. In je lijf. In je vuur. In je trots. En op een dag weet je niet meer hoe het voelt om een vrouw jou te laten smelten. Omdat jij je allang hebt afgesloten.


Mijn vrouw wil me niet meer - dat maakt me boos

Je voelt haar afstand. Haar ogen zijn minder zacht. Haar lichaam minder open. Ze lijkt je niet meer te kiezen. En jij wordt boos.
Niet omdat je haar wilt controleren - maar omdat je je onzichtbaar voelt.

Boosheid is soms niets anders dan rouw met een vuist.

Soms 'straf' je haar - met afstand. Met zwijgen. Met het niet meer initiëren van seks. Niet omdat je geen verlangen meer voelt - maar omdat je haar wilt laten voelen wat jij mist. Omdat je haar wil raken, net zo diep als jij geraakt wordt. Omdat je ergens hoopt dat ze je gaat missen. Niet alleen je lichaam, maar jouw vuur, jouw bedding, jouw nabijheid.

En als zij daar niet op reageert - of als het haar niets lijkt te doen - dan word je nog bozer. Want dan voelt het alsof jouw afwijzing haar niets doet. Alsof jij allang overbodig bent geworden.

En dat is de echte pijn. Niet dat zij jou niet meer begeert. Maar dat jij jouw verlangen nergens meer kwijt kunt.

"Raak me aan. Al is het maar om te weten dat ik besta."


Mijn vrouw wil geen seks meer - en ik trek me terug

Misschien zegt ze het letterlijk. Of misschien voel je het gewoon in haar lichaam. In haar afwezigheid. In haar geslotenheid. In het vermijden van jouw aanraking.

En dan gebeurt er iets geks: je stopt met proberen. Je raakt haar niet meer aan. Niet omdat je haar niet meer wilt. Maar omdat je niet nog een keer die afwijzing kunt dragen.

Langzaam dooft er iets in jou. En diep vanbinnen weet je:

Je verlangt niet alleen naar seks. Je verlangt naar toegang. Naar bedding. Naar het gevoel dat jouw aanraking welkom is.

Zonder die toegang voel je je afgesneden. Niet alleen van haar, maar van jezelf.
Alsof je geen plek meer hebt om te landen. Alsof jouw mannelijkheid nergens welkom is. En dus trek je je terug - niet alleen fysiek, maar ook in wie je bent.

Dat is het gevaarlijke: het gaat niet om seks. Het gaat om bestaansrecht. Maar daar zit ook je kompas. Want alles wat nu pijn doet, wijst naar iets dat je wél wilt voelen. Naar wat er nog klopt in jou. Naar wat nog wakker is. Je raakt niet alleen haar niet meer aan, maar ook jezelf niet.


Mijn vrouw vindt mij niet meer aantrekkelijk - en dat doet pijn

Misschien zegt ze het niet met zoveel woorden. Maar je voelt het. In haar blik. In haar huid. In de manier waarop ze zich afwendt wanneer jij haar aanraakt. Je denkt: mijn vrouw vindt mij niet meer aantrekkelijk. En dat doet pijn.

En dan begin je te twijfelen. Niet alleen aan haar verlangen - maar aan je eigen bestaansrecht.
Je kijkt in de spiegel en weet niet zeker of je nog iets uitstraalt. Iets mannelijks. Iets aantrekkelijks. Je voelt je afgesneden van dat deel in jou dat vroeger vanzelf sprak: je vuur, je kracht, je aanwezigheid.

Ben ik nog wel man genoeg? Ziet ze me nog? Voelt ze mij nog?

Je lijf wordt gespannen. Je vuur wordt onrustig. Of stil. En het gevaar is: je gaat harder je best doen. Of je wordt kleiner dan je bent.
Je flirt wat oppervlakkig. Of je sluit je af. Je zoekt bevestiging buiten jezelf - of je saboteert het contact van binnenuit.

En in beide gevallen raak je verder weg van jezelf. Maar je kunt terug. Niet door haar te veranderen - maar door opnieuw te landen in je lijf. In je gewicht. In je aanwezigheid. En dát voelt ze, of ze het wil of niet.

Wat je zoekt is geen goedkeuring. Maar bedding. Je kracht is niet iets wat je moet verdienen. Het is iets wat in je woont - als je het leert dragen. Niet om haar te overtuigen. Maar om jezelf weer te voelen.


Meer intimiteit in mijn relatie - ik wil haar lichaam

Je zegt misschien: ik wil meer intimiteit in mijn relatie. Maar wat je bedoelt - is dat je haar lichaam mist. Haar overgave. Haar aanraking die niet plichtmatig is, maar echt.

Je mist niet alleen knuffels. Je mist haar openheid. Haar zachtheid. Haar geur. De plek waar jouw lijf weer tot leven komt. Waar je vuur welkom is - ongetemd en gewild.

Waar jouw verlangen geen probleem is.

Je mist de vrouw die niet bang is voor je vuur. Maar wat haar opent is geen uitleg, geen geduld, geen vriendelijk wachten.
Wat haar opent is jouw vuur - als het niet meer jaagt, maar staat.
Als het niet op haar gericht is, maar door je heen brandt.

Belichaamd vuur is: richting zonder druk. Kracht zonder strategie. Aanraking die niet vraagt, maar aanwezig is.

Het is bedding. Niet voor haar, maar voor jezelf.
Zodat jouw systeem niet in de kramp schiet wanneer zij opengaat. Of juist sluit.

Want zij voelt het verschil. Of jij haar verlangt vanuit honger - of vanuit bedding. Vanuit bewijsdrang - of vanuit jouw aanwezigheid.

En hoe meer jij jezelf draagt, hoe meer zij jou kan voelen. Niet alleen als minnaar, maar als man.


De oplossing ligt niet zozeer in haar - maar in jou

“Ik dacht dat als ik minder zou willen, het vanzelf terug zou komen. Maar ik voelde me alleen maar kleiner worden.”

“Soms mis ik haar niet als mens. Maar haar lijf. Dat ‘ja’. Dat rauwe, eerlijke ja op wie ik ben.”

Zij voelt het verschil. Niet in woorden, maar in haar lijf. Tussen jagen en staan. Tussen zoeken en zijn. Tussen hitte die iets wil, en vuur dat zichzelf draagt.

En alleen als jij je vuur leert sturen en beheren, is het voor haar veilig genoeg om zichzelf te openen.

Zonder angst. Zonder controle. Zonder verwarring.

Zij is niet de oplossing voor jouw pijn, frustratie of boosheid.

Jouw vuur is geen verzoek. Het is een waarheid.

En het moment dat jij dat weer leeft - los van haar reactie - komt er rust. Gewicht. Richting. Niet omdat je iets bereikt. Maar omdat je bent gaan bewonen wat altijd al van jou was.


Als dit over jou gaat

Als je ergens in deze woorden hebt gevoeld: dit gaat over mij -dan is dit misschien het moment waarop je lijf niet meer wil wachten.
Op toestemming. Op erkenning. Op een ander.
Alleen op jou.

En dat moment - waarin je niet langer wacht op haar, maar je vuur zelf leert beheren - is iets dat in je groeit. In stilte. In je lijf. In de manier waarop je staat. Kijkt. Voelt. 

Dat is de paradox: hoe meer jij je vuur werkelijk belichaamt, hoe minder je afhankelijk bent van haar verlangen.

Niet omdat je niets meer voelt. Maar omdat je jezelf draagt.

Niet de man die begeerd wil worden, maar de man die zijn kracht voelt - ook als zij hem niet begeert.

En dát is waar haar lichaam weer op kan reageren.
Niet omdat je het afdwingt. Niet omdat je het nodig hebt.
Maar omdat het voelbaar is: jij bent de baas over je eigen vuur.
En dát is waar iets levends ontstaat - geen spel, geen strategie, maar een kracht die voelbaar is.
Voor haar. Voor jou. Voor alles wat zich durft te ontvouwen tussen jullie in.

En als je voelt: dit gaat over mij - dan is er een plek waar je verder kunt. Klik hier om meer te lezen over Seksuele Kung Fu.

Bemin Jezelf, 


Judith Bruin

Oprichter Sacred Sex Academy

Reactie plaatsen